De kern van het werk ligt bij het landschap, met name het Hollandse landschap, ontleed in elementaire vormen en structuren. Het is de verbeelding van de ruimtelijke ervaring die het landschap oproept: de dynamiek, de strakke opbouw, maar ook de verstilling en de lichtval. Niet alleen visuele waarnemingen maar ook de subjectieve beleving van het landschap, de seizoenen spelen hierbij een rol. Dit komt tot uiting in het lijnenspel, de kleurvlakken en de ruimtelijke opbouw van het werk. Soms overheersen dynamiek en onrust, soms meer meditatieve waarnemingen.